vrijdag 7 juni 2013

Ben je hier of ben je daar?

Hoi, met je moeder, Nicole, waar was jij nou zo snel?
Huh? Wat bedoel je?
Wij zaten net nog samen te praten in de keuken en nou zit ik in de kamer en ben je ineens weg!
Maar ik was niet bij je...?
Ik snap er niks van, ik zit hier met de iPad op schoot en nu ben jij ineens weg.
Ooooh, maar dat was ík niet, heb je met iemand zitten Facetimen?
Neehee, JIJ was hier. Ik ben nog helemaal naar buiten gegaan om te kijken of je snel wegreed!
Maar ik was er echt niet. Ik ben gewoon thuis.
Wij zaten net te praten over dat we naast elkaar zaten en dat het in spiegelbeeld was op jouw computer.
Aha, nu snap ik wat je bedoelt: je hebt een fílmpje van ons samen zitten kijken op de iPad. Een keukentafelgesprek en nu denk je dat dat echt was.
Dus dat was jij niet echt? Oh wat erg, nu laat m'n geheugen me wel echt in de steek. Ik dacht ook al: laat ik maar even bellen om te vragen hoe het zit.
Geeft niet hoor, maar nu weet je dat ik niet bij je was, het is een filmpje dat je net hebt gekeken. Morgen kom ik wel weer naar je toe, goed?
Morgen? Wat is het dan morgen?
Zaterdag, dan neem ik de boodschappen voor je mee.
Oh, ik dacht even dat het morgen vrijdag was en dat we gingen zwemmen.
Dat is het vandaag, vanmorgen hebben we samen gezellig gezwommen.
Hè!? Hebben we gezwommen vandaag? Dus je was hier wel? Nou snap ik er helemaal niks meer van!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten

Reacties zijn welkom!